Pikante hype
Seks als kunst. Rrrauwtch. Geef toe, sprekender dan “The Morning After” kan een titel voor een dergelijk pikant getinte tentoonstelling onmogelijk worden. Onder het motto “Alles voor de kunst” (of onder de noemer “Wat Samantha Jones kan, kan ik ook”, wie zal het zeggen?), deelde fotografe Julie Scheurweghs het afgelopen half jaar de lakens met een toch wel respectabel (ahum) aantal mannen. Nieuwsgierige reacties stapelden zich op en intussen is de expositie in diverse media gehypet. Twee Sex & The City-fans zochten uit of dit toonbeeld van voyeuristisch welbehagen even aantrekkelijk is als de titel doet vermoeden.
C’est au premier étage, monsieur? Vriendelijk zijn ze wel in Hotel Bloom, het op zijn minst gezegd originele “museum” waar de foto’s van Scheurweghs tot hun recht komen. Oui oui, bereidwillig werden we doorverwezen naar een kamer op de desbetreffende verdieping. De focus in interviews met Scheurweghs ligt voornamelijk op losbandigheid en vrije liefde. Waar proportioneel minder over bericht wordt, is de setting waarin de ‘tentoonstelling’ bekeken, bewonderd en (voornamelijk) begluurd kan worden. Een hotelkamer waarin zonder twijfel in het verleden al meermaals eenmalige ontmoetingen plaatsvonden, is, zonder er doekjes om te winden, een ideaal canvas om geni(t)ale taferelen op af te beelden. Schaamteloos voyeurisme of minstens even schaamteloze reclame voor de toch wel zeer ruime, moderne kamers van Hotel Bloom? Beide uitspraken gelden. Enkel zonde dat de ruimte, tenminste in vergelijking met reguliere galerijen, te beperkt was om iets van vlees om het lijf te hebben. Recidive koppels die kicken op seks in het openbaar wisten niettemin waarheen deze zomer.
Al is het niet onze bedoeling om u op foute gedachten te brengen. Neen, integendeel, [insert moraalridder], seks is fijner met een persoon die je door en door kent. En na het huwelijk. En enkel in functie van voortplanting. Etcetera etcetera. Op een zekere manier lijkt de nymfomane fotografe, ondanks haar stoere uitspraken in interviews, het zelfs eens te zijn met de eerste van mijn sarcastische stellingen. In het merendeel van haar zelfportretten zet Scheurweghs niet bepaald een vrolijk gezicht op. Al is dat vast schijn. Ludieke commentaren als “beft graag” en “heeft iets met bananen” beweren alleszins het tegendeel. Kwade grimassen en een blik op oneindig voor de kunst? Och ja, waarom niet. Nu we toch bezig zijn.
Uitgebreid zijn de herinneringen die Scheurweghs overhoudt aan de zwoele nachten en het daarop volgende steevast minder romantische ochtendgloren evenmin. Dit kan uiteraard, zoals reeds vermeld, aan de oppervlakte van de expo liggen. Hoe dan ook is het resultaat van Scheurweghs’ veroveringstocht allerminst spectaculair te noemen. Het pronkstuk van de ‘collectie’ was een in tijden niet meer gewassen blauwe hoody. Anders dan haar overige escapades, geeft ze de naam en leeftijd van de mysterieuze eigenaar niet weer. Misschien was het haar die nacht meer om de trui in kwestie te doen? Over het algemeen is de collectie namelijk niet zozeer anoniem te noemen, integendeel. Wie een wilde nacht wil beleven, inclusief post-it als herinnering, kan mailen naar d**********@******.com. Om aan de emailadressen van Scheurweghs’ veroveringen te komen, heb je niet eens Tinder nodig.
Pikante hype? D’office (zoals ze dat zo mooi in Brussel en omstreken zeggen). Even grote hype als Tinder? Goh. Overdreven hype? Dat kan je wel zeggen. Ervaringsdeskundige Scheurweghs kan bevuilde lakens in beeld brengen als geen ander, maar vanwege het gelimiteerde aantal foto’s mist haar tentoonstelling impact.
Kinneklop voor wie zin had in ‘s lands meest gegeerde hotelkamer. “The Morning After” liep tot 1 september. Dan maar zelf op avontuur zeker? Al een geluk dat je je net ingeschreven hebt bij Filologica. Enjoy.